Skip to main content

In deze Case Story wordt een uitspraak besproken van een kwestie waarin BAAK Juristen een uitzendbureau heeft bijgestaan. Het uitzendbureau was bezig met de werving en selectie van nieuwe werknemers en had een kandidaat aangeboden aan een assurantiekantoor. Er ontstond een geschil over de vraag of een aanbod was aanvaard en daarmee een overeenkomst tot stand was gekomen. Wanneer er een overeenkomst tot stand zou zijn gekomen was het assurantiekantoor een vergoeding verschuldigd voor werving en selectie. Benjamin Berghuis bespreekt het vonnis dat de kantonrechter wees.

Het uitzendbureau heeft uit eigen beweging per e-mailbericht aan het assurantiekantoor de gegevens van een potentiële kandidaat voorgelegd. Het assurantiekantoor was toevallig op zoek naar een werknemer en heeft ingestemd met een vrijblijvend gesprek met de kandidaat. Na dit gesprek heeft het assurantiekantoor aangegeven dat zij niet bereid was om de (hoge) bemiddelingskosten te betalen. Daarnaast heeft het assurantiekantoor aangegeven om de werving en selectie van een nieuwe werknemer zelf te regelen. Twee maanden later is de door het uitzendbureau aangeboden kandidaat echter alsnog bij het assurantiekantoor in dienst getreden. Het assurantiekantoor was van mening dat zij hiervoor geen vergoeding verschuldigd was aan het uitzendbureau. Naar aanleiding van een later uitgezette vacature heeft de kandidaat immers zelf bij haar had gesolliciteerd. De vraag is daarom of een overeenkomst voor werving en selectie tot stand is gekomen waarvoor een vergoeding verschuldigd is.

Is er een overeenkomst voor werving en selectie tot stand gekomen?

Volgens het assurantiekantoor heeft de kandidaat haar benaderd naar vonnis overeenkomst vergoeding werving en selectieaanleiding van de vacature die zij later heeft uitgezet. Zij stelde zich op het standpunt dat er geen overeenkomst tot stand gekomen is. Na het gesprek met de kandidaat heeft het assurantiekantoor namelijk aangegeven niet akkoord te gaan met het aanbod.

Het uitzendbureau stelde zich op het standpunt dat er een overeenkomst is ontstaan door aanbod en aanvaarding daarvan. Het aanbod zou het uitzendbureau hebben gedaan in haar e-mailbericht, waarin zij de betreffende kandidaat heeft aangeboden aan het assurantiekantoor. In het e-mailbericht een voorwaarde opgenomen dat het assurantiekantoor twee bruto maandlonen verschuldigd zou zijn bij indiensttreding van deze kandidaat. De aanvaarding van het aanbod heeft plaatsgevonden op het moment dat het assurantiekantoor de kandidaat heeft uitgenodigd voor een gesprek. Het assurantiekantoor was de fee verschuldigd op het moment dat de kandidaat bij het assurantiekantoor
in dienst trad.

Is het assurantiekantoor akkoord gegaan met een vergoeding voor de werving en selectie?

De rechtbank heeft geoordeeld dat het uitzendbureau door aanvaarding van het aanbod – gelet op artikel 3:35 BW – redelijkerwijs mocht afleiden dat het assurantiekantoor akkoord ging met de gestelde voorwaarde. Deze voorwaarde betrof de verschuldigdheid van twee bruto maandsalarissen indien het assurantiekantoor de voorgestelde kandidaat in dienst zou nemen. De rechtbank overwoog hierbij nog dat het assurantiekantoor wel degelijk op de hoogte was van deze voorwaarde. Hoewel het assurantiekantoor een geschikte kandidaat vond was zij niet bereid om de gevraagde bemiddelingskosten te betalen. Het assurantiekantoor gaf aan zelf een kandidaat voor haar vacature willen zoeken.

De rechtbank verwerpt de verweren van het assurantiekantoor

Het assurantiekantoor meende dat zij geen vergoeding verschuldigd was omdat de kandidaat later uit eigen beweging zou hebben gesolliciteerd. Ook beriep het assurantiekantoor zich nog op vrije arbeidskeuze van de kandidaat.  De bemiddelingsfee wordt te gemakkelijk omzeild als er zou worden geoordeeld dat er geen overeenkomst tot stand is gekomen. Wat betreft de vrije arbeidskeuze van de kandidaat oordeelt de rechtbank dat dit niets afdoet aan de overeenkomst die het assurantiekantoor heeft gesloten met het uitzendbureau en dat zij hieraan gebonden is.

Subsidiair verweer van het assurantiekantoor: redelijk loon

In de tweede plaats stelt het assurantiekantoor zich nog op het standpunt dat de gevorderde hoofdsom veel te hoog is en niet toegewezen kan worden. In plaats daarvan is het assurantiekantoor van mening dat er een redelijk loon op grond van artikel 7:405 lid 2 BW vastgesteld moet worden. Zij stelt hieraan ten grondslag dat het uitzendbureau niet veel werk heeft verricht en maar één mailtje heeft verzonden. De rechtbank overweegt hiertoe dat er geen ruimte is voor vaststelling van een redelijk loon door totstandkoming van de overeenkomst.

Het eindoordeel van de rechtbank 

Uiteindelijk is het assurantiekantoor door de rechtbank veroordeeld tot betaling van de gevorderde hoofdsom, buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke handelsrente en proceskosten. Het assurantiekantoor was dan ook door het tot stand komen van de overeenkomst een vergoeding  verschuldigd voor werving en selectie.

BAAK Juristen adviseert en procedeert (bij geschillen) over overeenkomsten

Bij elk type overeenkomst kan BAAK Juristen je adviseren over jouw juridische positie. Dit kan vóór of na het sluiten van een overeenkomst, maar ook als er al een geschil is ontstaan.

Daarnaast is het ook mogelijk om jouw overeenkomst door BAAK Juristen te laten opstellen. Dit is aan te raden op het moment dat de belangen en hiermee gepaarde risico’s groter worden.

Heb je nog vragen of wil je een overeenkomst door BAAK Juristen laten screenen of opstellen? Neem dan geheel vrijblijvend contact op met onze jurist verbintenissenrecht, Benjamin Berghuis.